Zelf lamp ophangen en aansluiten

Begin met het controleren van de spanning in de centraaldoos. Trek de kabels met het kroonsteentje uit de centraaldoos en controleer hier met de spanningstester of er spanning op staat. Zo niet, dan kun je verder aan de slag.

Wanneer je de lamp direct onder de centraaldoos wilt plaatsen maak je gebruik van de gaatjes in de centraaldoos om de beugel van de lamp te bevestigen.

Nu is het tijd om de lamp op te hangen. Je kunt nu de draden uit de centraaldoos aan de lamp bevestigen.

Begin met het loshalen van de draden uit de kroonsteen. Bij het aansluiten van de draden is het belangrijk rekening te houden met de verschillende kleuren. Sluit de zwarte draad aan op de ‘L’. De blauwe op de ‘N’ en de groen gele op de aarde.

Let op: zorg dat er na het aansluiten geen koper van de draden meer zichtbaar is. Zo voorkom je kortsluiting.

Nadat je de draden hebt vastgezet aan de lamp bevestig je de lamp aan de beugel met de bijgeleverde schroeven.

Begin met het bepalen van de plek waar de nieuwe lamp moet komen. Maak een lichtplan zodat de juiste plekken voldoende licht krijgen. Teken de positie van de lamp af op het plafond. Hier bevestig je de beugel van de lamp met behulp van een schroevendraaier.

Let goed op wat voor bevestigingsmateriaal je nodig hebt voor de klus. In dit stappenplan werken we met een betonnen plafond en maken we gebruik van universele pluggen en schroeven.

Heb je een gipsplafond en weet je niet wat je nodig hebt? Ga dan naar Praxis.nl voor advies over de juiste materialen.

Bepaal nu de lengte van het snoer en knip deze af. Houd hierbij wat speling voor het strippen van de draden.

Strip vervolgens zo’n 5 centimeter van de buitenste mantel met het kabelmes. Knip de bruine en blauwe draad ieder nog 1 centimeter korter met een kniptang en strip vervolgens van elk draad 1 centimeter van de mantel af. Dit doe je met de striptang.

Het is belangrijk om de gestripte draden te voorzien van adereindhulsjes. Deze voorkomen beschadigingen aan de aders en het losraken van de draden. Zet de adereindhulsjes vast met de adereindhulstang.

Doe dit voor beide uiteinden van het snoer.

Sluit nu het snoer aan op de lamp. Sluit de bruine draad aan op de ‘L’. De blauwe op de ‘N’ en de groen gele op de aarde. Bevestig nu de lamp aan de beugel met de bijgeleverde schroeven.

Sluit nu het snoer aan op de centraaldoos. Sluit de bruine draad van het snoer aan op de zwarte draad. De blauwe sluit je aan op de blauwe en de groen gele sluit je aan op de groen gele.

Let op: zorg dat er na het aansluiten geen koper van de draden meer zichtbaar is. Zo voorkom je kortsluiting.

Je kunt het geheel nu afwerken.

Maak een uitsparing in het afdekkapje met de kniptang en bevestig deze aan de centraaldoos.

Zaag de kabelgoot op maat met een ijzerzaag en maak bij eventuele hoeken zaagsnedes op 45 graden voor een mooie aansluiting. Plak de goot aan het plafond en stop het snoer er in.

Een lamp verplaatsen, zo doe je dat!